Heel veel beesten
Vandaag gaan we zelf op stap, zonder onze gidsen Wendy en Ray. Naar het Moremi Game Reserve, één van de wild-rijkste parken van Botswana. Het is wel twee uur rijden, maar ach, we zijn er nu toch…
Om 6.30 uur rijden we weg, uitgezwaaid door Wendy vanuit de daktent. De weg is asfalt en gaat na 35 km over in een brede gravelbaan. Na nog eens 21 km wordt dit een smalle gravelbaan, afgewisseld met zandbanken en na weer 44 km zijn we bij de ingang van het park. De ingang is eigenlijk alleen voor mensen, want de dieren lopen overal, er zijn nergens hekken en de parken zijn alleen op de kaart een afgebakend geheel. We schrijven ons in voor een dagbezoek en vragen de ranger waar we het beste heen kunnen in één dag, en of er gebieden zijn die we juist moeten vermijden of die te blubberig zijn. Hij geeft ons graag wat tips voor twee leuke routes. We kopen een leuk gidsje bij hem, waar ook de beide routes goed in staan.
Nu gaat de auto op 4WD stand. Dat rijdt een stuk beter dan dat geglibber van het gravel- en zandbankenpad! We zijn nog maar net op weg en bezig de verschillende termietenheuvels te bestuderen als we ineens tussen twee giraffes staan, we rijden zowat tussen de poten door, wat zijn die beesten hóóg zeg! ‘Nou, mijn dag kan niet meer stuk’ roep ik, maar dan weet ik nog niet wat er nog meer komt natuurlijk. Want we zijn net bekomen van de giraffes, als we een auto vol kinderen zien staan. Als we langszij komen, vragen de kinderen van zo’n 8 tot 11 jaar of we de leeuw hebben gezien. Leeuw? Waar? De twee begeleiders zeggen dat er een klein stukje terug een leeuw ligt, onder een stekelboom. We rijden terug en speuren rond en jawel hoor, daar ligt hij : de koning der dieren… Een mannetje. En waarschijnlijk ook nog een of twee vrouwtjes, op de rug, want we zien ook nog wat poten waar deze leeuw nooit poten kan hebben. Wow, een echte leeuw!!! Opgetogen gaan we weer verder, op zoek naar het volgende nieuwe exotische dier. En we komen inderdaad nog heel veel dieren tegen, inclusief vele vogels, zebra’s, een leguaan, een kudde gnoes, veel impala’s, en héél veel olifanten.
Ineens staat daar weer het groepje kinderen, wat is daar te zien?? Dichterbij gekomen wordt het snel duidelijk, ze zitten vast in het diepe zand en best ver ook… Mmm we moeten ze helpen, maar hoe? ‘Kunnen jullie ons eruit trekken, wij hebben een touw’ zegt een van de begeleiders. O jeetje, help, straks zitten wij zelf ook vast, denk ik paniekerig, Alex doe jij het maar! We zetten de auto in de zwaardere 4WD stand en met een extra knop zorgen we dat alle kracht van de motor naar voren gaat. Langzaam geeft Alex gas in de laagste versnelling, ook de andere auto geeft gas en het stinkt naar verbrande koppeling, maar er komt geen beweging in de ingegraven auto. ‘Stop, je spint zelf’ roep ik tegen Alex. De kinderen zijn ondertussen overal en nergens, en één van de begeleiders doet zijn best ze bij elkaar te houden, er zitten tenslotte leeuwen hier…Ik kijk ook speurend rond en vraag hem waar de kinderen vandaan komen. Het blijkt een dagtripje voor wat lokale kinderen van diplomaten enzo te zijn, en de begeleiders komen uit Maun, maar zijn geen echte park rangers. Alex heeft inmiddels onze auto wat naar achteren en weer naar voren gereden, en staat nu nog iets dichter bij de vastgelopen auto, zodat hij een aanloopje kan nemen. OK, nog één poging met een laatste middel : we verlagen de bandenspanning. Zowaar komt er nu beweging in en onder luid gejuich van de kinderen rijden de beide auto’s een stukje, en stoppen waar het zand wat minder zacht is. We worden heel hartelijk bedankt en we vervolgen elk onze weg.
De olifanten zijn meestal in groepen en vaak zijn er een of meer jonkies bij. Beschermend worden ze omringd door de volwassen olifanten. We zien ze een watertje oversteken. Eén jong is nog zó klein, dat het moet zwemmen, het water is veel te diep voor hem. Het slurfje steekt parmantig omhoog, als een soort snorkel.
Voor de nijlpaarden moeten we echt meer moeite doen. Er zitten er genoeg, maar de meeste vermommen zich als rotsblokken in het water. We gaan verschillende poeltjes af, en eindelijk hebben we geluk : er zijn er één of twee wat aktiever, die komen boven. Ik heb er ineens een in de zoeker die enorm gaapt, prijsfoto! Wat een tanden zeg, een orthodontist zou er een mooi project aan hebben.
Dan is het echt tijd om terug te gaan, als we niet in het donker willen rijden. Met al die hobbels en bobbels in de weg en dieren langs de kant is dat geen aanrader. We melden ons netjes af bij de poort. Niet veel later springt een kudu uit het niets voor de auto, maar we staan snel stil. We zien nog een giraffe in de kant, een eenzame mannetjes olifant en wat impala’s. Verderop staat de de berm in brand. We hopen maat dat het vuur zich niet tot een enorme brand uitbreidt. Bij de controlepost wuift de beamte nóg vermoeider dan vanmorgen dat we door mogen rijden en zo komen we na een lange, maar bijzondere dag terug op de campsite, waar we onze belevenissen met Wendy en Ray delen.
Groeten, Marileen